Graszoden leggen
1. Leg de graszoden strak tegen elkaar en laat ze ten opzichte van elkaar verspringen. Snijd ze in vorm met een graszodensnijder of broodmes.
2. Rol de graszoden aan voor een goed contact met de grond eronder.
3. Strooi potgrond in de naden, zodat de zoden tegen elkaar aan groeien.
4. Geef de zoden nu zoveel water, dat ze door en door nat zijn.
Wacht met lopen op het gras totdat de zoden zijn vastgegroeid. Dit kan twee tot drie weken duren. Of de zoden zijn vastgegroeid, is te zien en te voelen door een hoekje van een zode op te tillen. Besproei de zoden in de tussentijd minstens één en zo nodig twee keer per dag.